Contact  |

Hoe vang je een klacht best op?

Elke cliënt, zowel de (onbekwame of bekwame) minderjarige als de meerderjarige, heeft volgens art. 29 DRM het recht om bij een jeugdhulpvoorziening, de toegangspoort of het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg klachten te formuleren over de jeugdhulp, de leefomstandigheden binnen residentiële jeugdhulpverlening én de niet-naleving van zijn rechten.

Wanneer cliënten klachten hebben, is het aangewezen om dit zo snel en direct mogelijk te regelen, om escalatie te voorkomen.
Probeer daarom in eerste instantie zelf het gesprek aan te gaan met de cliënt. Lukt dat niet? Bespreek dan of een gesprek met de directie of met een andere vertegenwoordiger van de jeugdhulpvoorziening tot de mogelijkheden behoort. Wanneer dit niet kan, kan de cliënt een klacht indienen bij de instantie die daarvoor sectoraal bevoegd is. Zo hebben de sectoren in de jeugdhulp elk hun eigen klachtensysteem, al dan niet decretaal verplicht.

Het DRM stelt uitdrukkelijk dat cliënten klachtrecht hebben maar zegt niet op welke manier voorzieningen dit klachtrecht moeten realiseren. Hiervoor wijst het decreet naar sectorale regelgeving. Het DRM wilde immers geen afbreuk doen aan de bestaande good practices en de opgebouwde sectorspecifieke expertise in het werkveld

Is het vertrouwen weg of komt er geen bevredigende oplossing, dan kan de (minderjarige) cliënt terecht bij Opgroeipunt het centrale meldpunt van Opgroeien (Opgroeipunt bundelt de krachten van de Jo-lijn en de klachtendienst van Kind en Gezin) of de klachtenlijn van het Kinderrechtencommissariaat.

In de residentiële jeugdhulp (die een beveiligend verblijf aanbieden aan minderjarigen) kan ten slotte ook melding gemaakt worden bij de Commissie van toezicht. Maandcommissarissen brengen regelmatig een bezoek aan de voorzieningen. Ze doen mee met activiteiten en hebben gesprekken met jongeren, opvoeders en directies. De maandcommissaris luistert naar de bekommernissen van jongeren en kan een verbindingspersoon zijn bij conflicten.

Klachten