Wat als een minderjarig meisje dat in een leefgroep verblijft, niet wil begeleid worden door een man omwille van religieuze redenen?

Het DRM voorziet het recht op vrije keuze van hulpverlener, voor zover de opdracht en de organisatie van de jeugdhulpvoorziening dit toelaten. Het moet dus werkbaar zijn voor de dienst en de keuzemogelijkheid moet er de facto zijn. Hier kan het probleem zich stellen dat de minderjarige het aanbod zal weigeren of niet meewerkt. Het noodzakelijke vertrouwen zal er dan ook niet komen.

Het IVRK, artikel 14 voorziet voor minderjarigen het recht op vrijheid van religie; minderjarigen kunnen hun overtuiging zelf bepalen en wijzigen. Ook het DRM respecteert deze vrijheid onder de hoofding privacy (DRM, artikel 25). Het is dan ook aangewezen om met dergelijke vragen zoveel mogelijk rekening te houden.